Over de auteur
- Karolien Koolhof is coach voor introverten en hoogbegaafden
- Auteur van het boek Introvert Leiderschap
- Contact
Er is zo’n moment in het jaar waarop je lichaam het al voelt voordat je hoofd het doorheeft: de winter komt eraan. De lucht verandert van geur, de dagen worden korter, en de overgang van herfst naar winter lijkt zich niet alleen buiten af te spelen, maar ook in jezelf. Veel introverten merken dat deze periode intenser voelt dan andere seizoenen. Niet omdat ze “zwakker” zouden zijn, maar omdat hun brein op een andere manier werkt.
Introversie gaat vooral over hoe je prikkels verwerkt. Al in de jaren zestig beschreef Hans Eysenck dat introverten sneller verzadigd raken doordat hun interne activatie hoger is. Later onderzoek van o.a. Matthews laat zien dat hun brein meer intern bezig is: analyseren, betekenis geven, ordenen. Daardoor voel je het verschil tussen wat je binnenkrijgt en wat je kunt verwerken vaak wat duidelijker wanneer de winter nadert.
De kortere dagen versterken dat. Wetenschappers zoals Roecklein en Rohan hebben laten zien dat minder daglicht invloed heeft op je biologische klok, op serotonine en op je algehele energieniveau. Je hoeft echt geen winterdepressie te hebben om te merken dat donkerte iets met je doet. Voor introverten, die gevoeliger zijn voor overprikkeling en minder automatisch herstellen in drukte, komt dat nog wat harder binnen. De dagen voelen voller, je energie schaarser, en de behoefte aan rust dringt zich duidelijker op.
Tegelijkertijd nodigt deze tijd van het jaar juist uit tot vertragen. De natuur trekt zich terug, en dat ritme past verrassend goed bij hoe introverte mensen functioneren. Zij hebben meer tijd nodig om ervaringen intern te verwerken en zoeken rust om hun gedachten te ordenen. De stilte van de herfst en winter sluit vaak beter aan bij die behoefte dan de drukte van de zomer. De Kaplans beschreven al hoe ons brein juist in rustige, voorspelbare omgevingen herstelt. Herstel komt niet uit voortdurende prikkels, maar uit eenvoud. De koudere maanden kunnen daardoor voelen als een natuurlijke uitnodiging om even op adem te komen.
Wat veel introverten daarnaast merken, is dat emoties in deze periode soms wat dichter aan de oppervlakte liggen. Minder licht kan subtiele invloed hebben op het hersengebied dat emoties verwerkt (de amygdala), waardoor je binnenwereld net iets luider klinkt. Voor wie veel reflecteert of intens voelt, is dat herkenbaar. En als je, zoals ik dit jaar, ook rouw meedraagt, dan wordt die innerlijke beweging soms nog nét iets zichtbaarder. Niet als zwaartepunt, maar als een zachte onderstroom die om wat extra ruimte vraagt.
Ons energieniveau is nooit constant, ook al lijkt de wereld dat soms wel van ons te verwachten. Psychologen zoals Hobfoll omschrijven hoe we altijd bewegen tussen inspanning en herstel. We floreren niet als we continu ‘aan’ staan, maar juist wanneer belasting en rust elkaar afwisselen. In herfst en winter raakt die balans soms sneller verstoord: minder licht, meer sociale verwachtingen, drukke binnenruimtes, harde lichten, rumoer. Kleine dingen kunnen al vermoeiender aanvoelen. En omdat introverten hun signalen moeilijker negeren, merken zij vaak eerder dat hun reserves dalen.
Het is belangrijk om te beseffen dat deze reactie geen tekortkoming is. Het is simpelweg hoe een introvert brein werkt. En zodra je dat weet, kun je milder naar jezelf kijken. De winter vraagt niet om harder rennen, maar om zachter luisteren. Tijd nemen voor herstelmomenten: een stille ochtend, een wandeling, even niets hoeven. Niet de grote dingen helpen, maar juist die kleine stukjes ruimte waarin je zenuwstelsel kan ontspannen.
Wat ik zelf merk, is dat de seizoenswisseling niet alleen iets zegt over temperatuur of licht, maar ook over hoe je je tot jezelf verhoudt. Het laat je zien waar je blijft volhouden terwijl je eigenlijk zou willen voelen. Waar je presteert terwijl je juist zou willen pauzeren. En waar je zichtbaar bent terwijl je liever even naar binnen keert.
Herfst en winter brengen bijna vanzelf een soort bezinning met zich mee. Ze geven je de kans om te luisteren naar wat je meedraagt en waar je naar verlangt. Misschien is dat wel de kracht van deze periode: dat je wordt herinnerd aan de waarde van vertraging. Aan de kracht van eenvoudigweg terugkeren naar jezelf, zonder oordeel, zonder haast.
De overgang naar de winter is voor iedereen anders, maar voor introverten vaak extra voelbaar. Niet omdat ze minder aankunnen, maar omdat ze meer waarnemen, zowel buiten als binnenin. En misschien maakt dat deze maanden juist zo betekenisvol. Niet alleen doordat je energie anders beweegt, maar doordat je je bewuster wordt van wat je nodig hebt om in verbinding te blijven met jezelf.
Misschien is dat wel wat de winter uiteindelijk brengt: de wereld wordt donkerder, maar jij ziet jezelf iets scherper.